Poker lijkt op het eerste gezicht vaak een ingewikkeld spel, wat alleen mensen die ontzettend goed zijn in wiskunde echt kunnen spelen. Toch is dit niet waar. Poker is een vrij ingewikkeld spel om echt te spelen, maar de basis is vrij eenvoudig te begrijpen. Je speelt dit kaartspel met minimaal twee en maximaal tien spelers. Het enige wat je nodig hebt om te spelen is een deck van 52 kaarten. Meestal worden er bij het spel ook nog nepmuntjes of ‘fiches’ gebruikt, om een gokelement in het spel te krijgen, maar dit hoeft niet. Hierover later meer.
Aan het begin van een ronde krijgt iedere speler twee kaarten afgedekt toegedeeld. Dit zijn de zogenaamde “hole-kaarten”. Deze kaarten zijn voor de speler en de speler houdt deze kaarten dan ook voor zichzelf. In de loop van drie rondes worden in totaal vijf kaarten open op tafel gelegd. Het basisprincipe van het spel is om met de twee kaarten in je hand en de vijf kaarten op tafel een zo goed mogelijke combinatie te maken. De speler met de beste combinatie wint.
Pokerhanden
Om te weten welke combinaties het beste zijn om te hebben, is een lijst van combinaties opgesteld. Deze lijst geeft aan, van laag naar hoog, welke combinatie sterk zijn en een hoge kans hebben om het spel te winnen.
High card/Hoogste kaart
De allerlaagste “combinatie” die je kunt hebben tijdens een ronde poker, is de hoogste kaart. Dit wil zeggen dat de kaarten in je hand en de kaarten op tafel geen combinatie hebben kunnen maken. In dit geval is de hoogste kaart van de in totaal zeven kaarten jouw “combinatie”. Heb je een aas, en blijkt het dat niemand anders een hogere kaart heeft? Dan heb je de ronde dus gewonnen. De hoogste kaart wint niet vaak rondes, maar kan uiteraard wel gebruikt worden om te bluffen, waarover later meer.
Let wel op: de vijf kaarten die open op tafel liggen, gelden als de kaarten van iedereen. Ligt de hoogste kaart dus tussen die vijf kaarten, dan heeft een tegenstander automatisch ook die hoogste kaart.
Eén paar
Een paar is eigenlijk vrij eenvoudig. Heb je een harten zes in je hand en ligt er een schoppen zes op tafel? Dan heb je één paar zessen. Dit is de op-één-na laagste combinatie die je kunt maken. Bij een paar geldt wel dat hoe hoger de kaart hoe beter. Heb je een paar azen? Dan win je de ronde van een tegenstander die bijvoorbeeld een paar tweeën heeft.
Je kunt uiteraard ook een paar maken door gewoon twee dezelfde kaarten toegedeeld te krijgen. Bijvoorbeeld als de twee kaarten die je gedeeld krijgt allebei een tien zijn. Ook dan heb je een paar en maak je kans om de ronde te winnen.
Twee paar
Volgend op één paar, is uiteraard twee paar. Twee paar is ook vrij eenvoudig uit te leggen. Dit is namelijk hetzelfde als één paar, maar dan met twee verschillende cijfers. Zo kun je een vijf en een zes toegedeeld krijgen. Wanneer er ook een vijf en een zes op tafel verschijnt, heb je twee paar te pakken.
De volgorde van de sterkte van combinaties heeft te maken met de kans dat een combinatie voorkomt. Zo is de kans dat je één paar krijgt relatief hoog. Heb je twee paar? Dan is de kans dat je de ronde gaat winnen al relatief hoog.
Three of a kind
Deze ken je waarschijnlijk wel van Yahtzee, en het is ook precies wat het klinkt. Heb je in je hand en in de kaarten op tafel drie keer dezelfde kaart, dan heb je een three of a kind. Met een three of a kind is de kans dat je de ronde wint vrij groot. Dit gebeurt namelijk niet vaak.
Straight
Na de three of a kind volgt de straight. Een straight is eigenlijk simpelweg een grote straat. Van de in totaal zeven kaarten, moeten er nu vijf opeenvolgend zijn. Heb je bijvoorbeeld de kaarten drie, vier, vijf, zes & zeven? Dan heb je een straight. Voor de gewone straight maakt het niet uit welke kleur de kaarten hebben, als het maar vijf opeenvolgende kaarten zijn.
Ook bij de straight maak je meer kans om een ronde te winnen, als je hoge kaarten hebt. Mocht een andere speler ook een straight hebben, dan wint de speler met de hoogste laatste kaart. Eindigt je straight bijvoorbeeld op een koning, en die van je tegenstander op een 9? Dan heb jij de ronde gewonnen! De straight wordt vaak beschreven met de hoogste kaart, bijvoorbeeld een “straight king-high”.
Flush
Als je echt geluk hebt dan kan het gebeuren dat je een flush gedeeld krijgt. Een flush is nog net een stapje beter dan een straight en wint vaak de ronde. De flush houdt in dat je vijf kaarten van dezelfde kleur hebt. Vijf harten, ruiten, schoppen en klavers maken allemaal een flush.
Bij de flush is het niet noodzakelijk dat de kaarten een bepaalde volgorde hebben, zolang ze maar dezelfde kleur hebben. Je hebt niet meer kans om te winnen als je zes of zeven kaarten hebt van dezelfde kleur. Wel is het wederom zo dat een hogere kaart meer kans heeft om te winnen. Net als bij de straight beschrijven we een flush vaak met de hoogste kaart, bijvoorbeeld “flush king-high”.
Full House
Ook deze zul je misschien wel kennen van het spel Yahtzee. De Full House is een combinatie die niet vaak voorkomt en als je deze gedeeld krijgt is de kans dus groot dat je de ronde gaat winnen. Een full house bestaat uit drie dezelfde kaarten én twee dezelfde kaarten. Eigenlijk dus een three of a kind en een paar. Zo kan de full house bestaan uit drie tienen en twee vijven, of twee koningen en drie azen.
Four of a kind
De four of a kind is de volgende op de lijst en de op-twee-na sterkste combinatie die je kunt maken in het poker. Heb je een four of a kind? Dan is eigenlijk bijna zeker dat je de ronde zult winnen. Een four of a kind bestaat uit vier dezelfde kaarten. Dit lijkt op de three of a kind, maar dan met een kaart meer.
Straight Flush
De straight en de flush hebben we allebei al besproken, maar bijna helemaal bovenaan staat deze: de straight flush. De straight flush is een combinatie van de straight en de flush en zal bijna altijd winnen. Om een straight flush te krijgen moet je vijf opeenvolgende kaarten hebben die ook nog eens van dezelfde kleur zijn. Dit kan bijvoorbeeld ruiten zes, zeven, acht, negen, tien en boer zijn.
Ook bij de straight flush geldt weer: hoe hoger de hoogste kaart, hoe beter. Maar let op: vijf opeenvolgende kaarten van dezelfde kleur die eindigen op een aas, is geen straight flush!
Royal Flush
Heb je de kaarten tien, boer, vrouw, heer, aas in dezelfde kleur? Dan heb je geluk! Dit is de allerbeste combinatie die je kunt maken. Deze combinatie noemen we een royal flush, omdat het hier gaat om de hoogste kaarten van het spel in dezelfde kleur. Heb je een royal flush? Dan kan je de ronde niet meer verliezen.
Spelverloop
Een ronde
Als je de combinaties uit je hoofd hebt geleerd, kun je beginnen aan je eerste ronde poker. Om te beginnen moet je de drie rollen verdelen: dealer, small blind en big blind. Deze rollen schuiven na elke gespeelde ronde één speler naar links, met de klok mee.
De dealer schudt de kaarten en geeft iedereen twee kaarten. Nu kun je de kaarten bekijken en alvast inschatten hoe groot de kans is dat je de ronde gaat winnen. Let op: hoe hoger je kaarten, hoe hoger de kans dat je gaat winnen.
Het inzetten van fiches, zoals benoemd hierboven, begint nu. De small blind is verplicht een bepaald aantal fiches in te zetten, wat je van tevoren afspreekt met de mensen met wie je speelt. Als de small blind zijn of haar fiches heeft ingezet, is de big blind aan de beurt. De big blind is verplicht de inzet van de small blind minimaal te verdubbelen. De big blind kan er ook voor kiezen nog meer in te zetten.
Na de big blind is de eerste speler zonder rol aan de beurt. Deze speler heeft drie keuzes:
- Call: je gaat mee met de inzet van de big blind en zet evenveel fiches in. Dit doe je als je niet zeker weet of je gaat winnen, maar je ook niet meteen op wil geven.
- Raise: je verhoogt de inzet nog eens, namelijk nog meer dan de big blind in heeft gezet. Dit doe je als je denkt een goede hand te hebben en de kans groot acht de ronde te winnen. Dit kun je ook doen om mensen af te schrikken en te laten passen.
- Fold: je kunt ook passen, of folden, als je denkt geen goede hand te hebben. Je hoeft dan geen fiches in te zetten en legt je kaarten weg. Deze ronde doe je niet meer mee, maar je raakt ook niks kwijt.
De kaarten in het midden van de tafel kunnen alleen opgelegd worden als niemand de inzet meer wil verhogen. Dit betekent dat er een ronde moet zijn waarin iedereen of past, of callt. Is dit het geval, dan gaat de dealer over op de “flop”.
Flop
Bij de flop worden de eerste drie kaarten van de stapel meteen omgedraaid en in een rij op tafel gelegd. Spelers kunnen nu zien of hun kaarten al combinaties maken of kans maken om een combinatie te maken. Het spelen begint nu bij de speler die de vorige ronde als laatste verhoogd heeft.
Heeft deze speler goede kaarten? Dan zal hij of zij waarschijnlijk de inzet weer verhogen. Heeft deze speler slechte kaarten? Dan kan hij callen, namelijk niks doen, of folden (passen). Zolang de inzet niet verhoogd wordt door een speler, hoeft niemand te passen of fiches in te zetten.
Zet een andere speler wel extra fiches in, dan moeten de andere spelers beslissen of ze daar mee willen, of passen. Als wederom iedere speler gecallt of gepast heeft, wordt de volgende kaart opgelegd.
Turn
Deze kaart heet de turn. Ook nu wordt steeds duidelijker voor spelers of ze goede kaarten in hun hand hebben. Na de turn kaart volgen de handelingen van na de flop opnieuw.
River
De laatste kaart die op tafel wordt gelegd, heet de river. Nu is voor elke speler duidelijk hoe sterk zijn of haar hand is en is er nog een keer de mogelijkheid om de inzet te verhogen. Wanneer wederom iedereen gecallt of gepast heeft, laten de spelers hun kaarten zien. De speler met de hoogste combinatie, wint de ronde en alle fiches die ingezet zijn.
Bluffen
Omdat het hier gaat om een spel met een gokelement, kun je uiteraard ook bluffen. Je hebt hier vast al wel eens van gehoord. Als je bluft, probeer je eigenlijk te zorgen dat een tegenstander denkt dat je betere kaarten hebt dan hem. Als een tegenstander dit gelooft, zal hij of zij passen en is de pot voor jou.
Bluffen doe je bijvoorbeeld door een hoog aantal fiches in te zetten, terwijl je niet zo’n goede kaarten hebt. Door veel fiches in te zetten wek je het idee dat je heel erg zeker bent van je hand en denkt dat je de winnende hand hebt.
Let wel op: als je tegenstander je doorheeft, is de kans groot dat hij of zij gewoon met je meedoet tot het einde en op die manier alsnog de pot, die jij flink hebt opgehoogd, pakt. Het is dus belangrijk dat je niet te vaak bluft en het afwisselt met handen die ook echt goed zijn.
Dit is de basis van poker. Natuurlijk komt er nog veel meer bij kijken als je echt goed wil leren pokeren, maar dit zijn de spelregels en is genoeg om een lekker potje te kunnen spelen.