SpelScout 🎲

Bord, kaart en gezelschapsspellen

Hoe speel je Patience? Speluitleg & spelregels

Nienke

Nienke

Patience is een kaartspel gespeeld voor één persoon. Het wordt ook wel Solitaire genoemd en komt hoogstwaarschijnlijk uit Frankrijk. Er wordt nog wel eens beweerd dat Napoleon het spel al speelde, echter is dat bewezen niet waar te zijn. Wel weten we dat Franklin D. Roosevelt fan was van het spel.

Er zijn een aantal verschillende varianten van, maar de meeste zijn in de basis wel ongeveer hetzelfde. Patience is een aanlegspel, waarbij het hoofddoel is om alle kaarten naar de azen te verplaatsen.

Om te beginnen met spelen heb je 52 speelkaarten nodig, dus je speelt zonder jokers. De kaarten worden in zeven rijen op tafel gelegd, waarbij de eerste rij één kaart heeft, de tweede twee kaarten, de derde drie kaarten, etc. De bovenste kaart van elke rij ligt open, de rest van de kaarten ligt gesloten in de rij.

Natuurlijk heb je dan nog een aantal kaarten over, deze komen op je draaistapel te liggen en heet je stock. Dan zijn er nog de azenstapels, die liggen boven je 7 rijen kaarten. Voor elke kleur is er een stapel, echter ligt hier in de beginsituatie nog niks, aangezien de azen nog in de rest van het spel verwerkt zijn.

Het spel spelen

Het is de bedoeling om alle kaarten te verplaatsen naar de azenstapels. Dit doe je door kaarten te verplaatsen naar andere rijen en zo nieuwe rijen te maken. Je mag een kaart alleen verplaatsen naar een andere rij, als die kaart van een andere kleur is en één waarde lager is dan de kaart die er al ligt. Een zwarte zeven mag dus wel op een rode acht, maar een zwarte zeven mag niet op een zwarte acht. Zo geldt het natuurlijk voor alle kaarten. De volgorde van de kaarten is als volgt: heer, vrouw, boer, tien, negen, acht, zeven, zes, vijf, vier, drie, twee, aas. De aas is dus de laagste kaart. Er kan dan ook geen heer op de aas gelegd worden!

Lege rijen

Als je aan het spelen bent en je bent kaarten aan het verplaatsen, gaat het natuurlijk gebeuren dat je op een gegeven moment geen open kaarten meer in een rij hebt liggen. Mocht dit het geval zijn, maar zijn er nog wel gesloten kaarten? Dan mag je de bovenste gesloten kaart in een rij omdraaien, om mee verder te spelen.

Het kan verder natuurlijk ook gebeuren dat je een hele lege rij, zonder gesloten kaarten overhoudt. In dit geval mag je een willekeurige heer neerleggen op de plek van de lege rij.

Ook toegestaan is het verplaatsen van meerdere plaatsen tegelijk. Heb je een rij van negen, acht, zeven en komt er een tien te liggen in een van de rijen? Dan mag je alle drie de kaarten op de tien leggen, zolang het maar aansluit volgens de regels.

Azenstapels

Als je een aas tegenkomt tijdens het spelen, mag je deze uit het spel halen en op de azenstapels leggen. Voor elk symbool aas is er één stapel, waardoor je uiteindelijk vier stapels hebt. Zoals eerder gezegd is het doel van het spel om alle kaarten te verplaatsen naar de azenstapels. Let wel op, de azenstapels worden per symbool gespeeld. Dat betekent dat je alleen een hartentwee op een hartenaas mag leggen. Daarna een hartendrie, etc. Dit mag ook alleen als die kaarten bovenop liggen, je mag geen kaarten tussen een rij uithalen.

Het spel is afgelopen als alle kaarten op een azenstapel liggen en alle stapels dus een heer bovenop hebben liggen. Als dit is gelukt, heb je ‘gewonnen’.

Stock

Eerder hebben we het gehad over de stock, de stapel kaarten die overblijft als je alle zeven rijen hebt gemaakt. We hebben het ook al gehad over het verplaatsen van kaarten tussen de rijen, maar nog niet over wat je nou met die stock kunt. Eigenlijk is het heel erg simpel: zie je geen optie meer om iets te verplaatsen tussen de rijen of naar een azenstapel? Dan draai je een kaart om van de stock, waarmee je gaat proberen verder te spelen. Zo kun je een harten zes hebben liggen en een schoppenvijf draaien. Je mag nu verder spelen met de kaart die je gedraaid hebt.

Als je een kaart hebt gedraaid en het blijkt dat je nog steeds niet zo veel kan, mag je gewoon nog een kaart omdraaien. Dit mag je blijven doen tot je iets kan aanleggen, of tot de kaarten op zijn. Als de kaarten op zijn pak je ze op, draai je ze om en begin je weer opnieuw.

Puntentelling

Patience kent een puntentelling die gebruikt wordt om de score te bepalen. Dit gebeurt meestal bij toernooien of wedstrijden, zodat duidelijk wordt wie de winnaar is. De puntentelling werkt als volgt:

  • Je begint altijd met 0 punten.
  • Voor het verplaatsen van een kaart van stock naar een rijtje op tafel krijg je 25 punten.
  • Voor het verplaatsen van een kaart naar de azenstapels vanaf de tafel krijg je 25 punten.
  • Voor het verplaatsen van een kaart naar de azenstapels vanaf stock krijg je 50 punten.
  • Voor het omdraaien van een kaart krijg je 20 punten.
  • De kaarten van de azenstapels mogen weer worden teruggepakt op tafel, alleen krijg je dan weer 25 punten aftrek.
  • Als je alle kaarten van stock hebt verbruikt, dan klik je op de lege ruimte links van de omgedraaide kaarten, om weer een nieuwe stock te maken, dit kost echter wel 25 punten.
Nienke

Nienke

Nienke, 27 jaar oud, kan slecht tegen haar verlies. Ze leest altijd de handleiding van bordspellen érg nauwkeurig door om er voor te zorgen dat ze alle regels weet die er voor zullen zorgen dat ze zal winnen. Haar favoriete spel is ticket to ride.

Leave a comment

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Comments